“De kracht zou moeten zitten in de toepasbaarheid van de richtlijn”
Ondersteuning bij kwalitatief hoogstaande vakuitoefening vanuit het NHG zou moeten inhouden dat je richtlijnen opstelt die op de eerste plaats aansluiten bij de praktijk en de hoeveelheid tijd die er is.
Wij maken heel veel gebruik van Thuisarts.nl. Al in het telefoonmenu worden patiënten hierop gewezen. Zo weet de patiënt dat het antwoord op de vraag vaak ook op Thuisarts.nl te vinden is. Ik geef de website eigenlijk standaard mee aan patiënten, om een vangnet mee te geven voor thuis. Ik krijg steeds vaker patiënten die zeggen: ‘Ik heb al gekeken op Thuisarts.nl.’ De richtlijnen hoeven voor mij niet volledig te zijn en steeds maar uit te breiden. Als de richtlijn te uitgebreid is, kan het ons tuchtrechtelijk dwingen te diep in te gaan op problematiek, terwijl dit vaak niet relevant is voor die patiënt.
We moeten durven schrappen in onze richtlijnen: baken duidelijk af wat de absolute basis zou moeten zijn, zorg dat dit aansluit op de hoeveelheid tijd die we krijgen en benoem het overige expliciet als facultatief. De kracht zou moeten zitten in de toepasbaarheid van de richtlijn voor de praktijk zoals die op dit moment is en de hoeveelheid tijd die we voor een patiënt krijgen. Tijd die extra in de ene patiënt gestoken moet worden, gaat namelijk ten koste van de tijd voor een andere patiënt. Zolang dat goed op elkaar aansluit, haal je er het maximale uit.