Ziektelast
Exacte cijfers over hoeveel mensen last hebben van chronische stress ontbreken. Wel is bekend dat chronische stress een belangrijke factor is bij het ontstaan, en in stand houden, van sociaaleconomische gezondheidsverschillen. Chronische stress komt namelijk vaker voor in lagere sociaaleconomische klassen. De verschillen zijn groot: op dit moment leven mensen met een hoge opleiding 23 jaar langer in goed ervaren gezondheid dan mensen met een lage opleiding.
Wat is chronische stress?
Bij stress ontstaat een psychofysiologische reactie op een prikkel die als dreigend ervaren wordt voor fysiologische of psychische integriteit (bewust of onbewust). De stressreactie loopt via het sympathische zenuwstelsel (snelle reactie) en de hypothalamus-hypofyse-bijnier-as (langzame reactie). Deze reguleren de aanmaak van o.a. adrenaline, cortisol en dopamine, welke effect hebben op de hersenen, andere organen, het immuunsysteem en het gedrag.
In de psychologie wordt onderscheid gemaakt tussen: acute stress, hanteerbare stress en chronische stress.
Acute stress (‘gezonde stress’) is de korte en adequate reactie op een stressor, waarbij het lichaam in staat gesteld wordt om snel en alert te reageren op een ervaren dreiging of uitdagende situatie. Bijvoorbeeld: examenstress of een (bijna-)ongeluk.
Hanteerbare stress duurt langer. De stress houdt een periode aan, is self-limiting en veroorzaakt geen belangrijke beperkingen in het functioneren. Bijvoorbeeld: rondom een life-event of periode met hoge(re) werkdruk.
Bij deze vormen van stress treedt na enige tijd herstel op. Het lichaam kan de door de stress verstoorde homeostase weer oplossen. Of, en wanneer, er herstel optreedt is niet alleen afhankelijk van de stressor zelf (bijv. duur, moment en aard), maar ook van het functioneren van het stresssysteem en sociale steun.
Chronische stress houdt nog langer aan, en veroorzaakt ‘allostatische overbelasting’. Allostase beschrijft de fysiologische reacties op stress, met als doel weer tot homeostase te komen (endocriene, cardiovasculaire en metabole aanpassingen, immuunmodulatie en neuroplasticiteit).
Wanneer het lichaam lange tijd niet tot homeostase kan komen, ontstaat ‘allostatische overbelasting’. De reacties van het lichaam worden inadequaat of excessief. Deze reacties hebben een duidelijke, negatieve impact op de gezondheid.
Chronische stress veroorzaakt beperkingen in het sociaal of professioneel functioneren en geeft het gevoel het dagelijks leven niet meer goed aan te kunnen of te kunnen overzien.
Oorzaken chronische stress
Populatie-onderzoek laat zien dat chronische stress met name wordt veroorzaakt door sociale omstandigheden. Vooral een opeenstapeling van onzekerheden op verschillende leefgebieden zoals financiën, werk, huisvesting, gezondheid en het sociale netwerk leidt tot chronische stress. Dit valt onder het meervoudig begrip ‘bestaansonzekerheid’. Naar schatting heeft 1 op de 6 volwassenen in Nederland (2,3 miljoen mensen) te maken met een stapeling van 3 of meer onzekerheden en leeft in dreigende of reële bestaansonzekerheid.
Armoede, geldzorgen en problematische schulden. Onder mensen met problematische schulden komt stress 5x zoveel voor als bij mensen zonder schulden. Armoede kan schaamte met zich meebrengen, en het geeft extra stress de armoede te willen verbergen.
Ongezonde werkomstandigheden, onzeker werk en inkomen (zzp of flex-werk) en werkeloosheid. Sterke afname inkomen (inkomensval), structurele schommelingen in het inkomen (inkomensonzekerheid) en het ontstaan van problematische schulden hangt vaak samen met levensgebeurtenissen zoals baanverlies, ziekte, arbeidsongeschiktheid of scheiding.
Toenemend woningtekort, financiële onbereikbaarheid, slechte isolatie, vocht- en schimmelproblematiek, geluidsoverlast, te weinig leefruimte, onveilige woonomgeving, instabiliteit van woonsituatie (thuislozen of vaak verhuizen).
De laatste decennia is er een toename van ongelijkheid op de woningmarkt door verschraling van sociale woningbouw, toenemend woningtekort, stijgende huren, dalende huursubsidie en beleggingsactiviteiten op de woningmarkt. Er is een toename in sociale en maatschappelijke segregatie.
Ziekte, arbeidsongeschiktheid, echtscheiding, verlies van een dierbare, mantelzorg.
Sociaal isolement, eenzaamheid, echtscheiding.
Ervaren discriminatie, cultuurverschillen, taalbarrière, gescheiden zijn van familie in land van herkomst, onzekerheid verblijfsstatus, gebrek aan sociale steun; bij vluchtelingen: gebeurtenissen die hebben geleid tot vluchten (o.a. oorlog), gebeurtenissen tijdens het vluchten.
Complexe procedures, beperkte digitale en gezondheidsvaardigheden, analfabetisme.
Gevolgen chronische stress
Chronische stress heeft (via een verhoogd cortisolgehalte) invloed op de werking van de amygdala, hippocampus en prefrontale cortex.
- De amygdala en hippocampus toetsen de situatie en de ervaren dreiging tegen eerdere ervaringen. Wanneer dit systeem overbelast raakt door chronische stress ontstaat sneller angst en onrust. Ook geheugenklachten en leerproblemen komen veel voor.
- De prefrontale cortex reguleert de executieve functies, zoals plannen, concentreren, organiseren, emotieregulatie en impulscontrole. Door chronische stress zijn deze executieve vaardigheden verminderd: impulsief gedrag neemt toe, het is moeilijker om doelgericht actie te ondernemen en lange-termijn te denken.
Hierdoor is het moeilijker problemen aan te pakken en gezonde keuzes te maken. Een vicieuze cirkel kan ontstaan, waarbij de problemen en chronische stress toenemen.
Ook ontstaan er door het impulsieve gedrag en emotie-regulatieproblemen meer problemen in relaties met anderen. Zowel thuis als op het werk.
In de huisartsenpraktijk is te merken dat mensen meer moeite hebben met het nakomen van afspraken, opvolgen van adviezen, therapietrouw, gedragsverandering en leefstijlaanpassingen.
Wanneer een leefstijlaanpassing gewenst is bij een persoon met chronische stress is het zaak eerst aandacht te hebben voor de barrières die gepaard gaan met de chronische stress, alvorens aan de slag te gaan met een gezonde leefstijl (Zie paragraaf: beleid bij stress).
De ontwikkeling van de systemen rondom stressreacties gebeurt met name in de eerste 1000 dagen vanaf conceptie en tijdens de adolescentie. De mate van stress tijdens deze periodes beïnvloedt het functioneren van de stressrespons tijdens de rest van het leven.
Opgroeien in stressvolle omstandigheden heeft verregaande invloed op de hersenontwikkeling van kinderen. Met name de ontwikkeling van de prefrontale cortex (en dus executieve functies) blijft achter. Dit zorgt ervoor dat kinderen die opgroeien in stress, ook later in hun leven minder vaardigheden hebben om met stress om te gaan. Ook kan het moeilijker zijn een gezonde leefstijl vol te houden.
Chronische stress verhoogt het risico op o.a. hart- en vaatziekten, diabetes, overgewicht, astma, verminderde vruchtbaarheid, infecties en DNA-schade. Ook verslaving, Alzheimer, chronische pijn, depressie en angst komen meer voor bij mensen met chronische stress.
Stress signaleren
Goede momenten voor een gesprek over (chronische) stress:
- Bij stress-gerelateerde klachten of aandoeningen: een groot scala aan symptomen en aandoeningen kan stress-gerelateerd zijn (zie: NHG-standaarden). Denk aan het uitvragen van stress bij onverklaarde/aanhoudende lichamelijke klachten en psychische klachten.
- Tijdens de inventarisatie voor een korte leefstijlinterventie en bij terugval tijdens/na een leefstijlinterventie.
- Rondom ‘teachable moments’
- Bij signalen van stress in de arts-patiënt relatie: meer moeite hebben met het nakomen van afspraken/no-shows, moeite met het opvolgen van adviezen, therapietrouw, gedragsverandering en leefstijlaanpassingen.
- Bij mensen bij wie je vermoed dat er sprake is van een stapeling van onzekerheden (bestaansonzekerheid). Gezien de grote impact van stress tijdens het opgroeien is dit zeker aan te raden bij (aankomende) ouders.
Stress in kaart brengen
Het komt regelmatig voor dat mensen gewend zijn aan een lang bestaande stresserende situatie en deze niet meer als stressvol, maar als normaal beschouwen. Vraag dan expliciet naar veelvoorkomende stressoren en trauma’s. Of kijk, samen met de patiënt, wat er in de verschillende domeinen in zijn of haar leven speelt.
De meest gebruikte gespreksmodellen om de gezondheid breed in kaart te brengen (biopsychosociale anamnese), zijn:
- SCEGS
- Spinnenweb positieve gezondheid
- 4 domeinen model
- Model persoonsgerichte zorg en ondersteuning in de huisartspraktijk
- Het KOP-model
- Leefstijlroer
Deze modellen vereisen oefening en scholing.
Voor deze biopsychosociale anamnese kan verwezen worden naar het sociale domein.
Het kan ook vanuit de praktijk worden aangeboden door de huisarts of praktijkondersteuner.
Beleid bij stress
Stap 1: Psycho-educatie
Psycho-educatie is een belangrijke eerste stap bij stress. Goede uitleg over de werking en gevolgen van chronische stress helpt de patiënt om het eigen gedrag en klachten beter te begrijpen.
Het helpt ook te accepteren dat de oplossing ergens anders ligt dan in het medische domein. Goede psycho-educatie is de basis voor het de-medicaliseren van stress en de gevolgen van stress.
Tools voor het geven van begrijpelijke psycho-eduatie over stress.
Stap 2: Stressvermindering
Stress is bij uitstek een fenomeen, waarbij het belangrijk is dat de interventie aansluit bij de situatie van de patiënt. De patiënt heeft de regie en bepaalt wat passend is en prioriteit heeft. Verwijsmogelijkheden zijn afhankelijk van de belangrijkste oorzaken van de stress. Speelt werk een grote rol, dan kan de bedrijfsarts en leidinggevende betrokken worden.
Bij praktische, sociaal-maatschappelijke problemen kan het sociaal wijkteam een rol spelen. De POH-GGZ of psycholoog kan betrokken worden bij wat ernstigere psychische klachten (wanneer deze een praktische oorzaak hebben moet uiteraard ook naar de oorzaak gekeken worden, en moet de stress niet onnodig gemedicaliseerd worden).
Een welzijnsmedewerker van de gemeente of coach kan helpen bij zingevingsproblematiek. De patiënt wordt uitgenodigd zelf te reflecteren op de stress en op zoek te gaan naar voor hem of haar effectieve stress-reductie.
Generieke stress-verminderende interventies
Bewegen
Regelmatig bewegen bevordert mentale gezondheid en vermindert stress. Er zijn aanwijzingen dat ‘buiten’ bewegen meer effect heeft dan ‘binnen’ bewegen. Mensen met chronische stress bewegen gemiddeld genomen minder. De grootste gezondheidswinst zit in de groep die van ‘zeer weinig bewegen’ naar ‘iets meer bewegen’ gaat. Zie: hoofdstuk bewegen.
Groene omgeving
Het zien van een groene omgeving werkt ontspannend. Dit geldt zowel voor planten binnen en buiten als voor een wandeling door de natuur. Een aanzienlijk deel van de mensen met chronische stress woont in woonwijken met relatief weinig groen. Een wandeling in de natuur is voor hen moeilijker haalbaar.
Ontspanningsoefeningen
Er zijn verschillende ontspanningstechnieken bewezen effectief voor stress-vermindering. Voorbeelden: yoga, mediteren, mindfulness en spierrelaxatie.
Sociale steun
Contact met vrienden en familie, waarmee de relatie goed is, helpt stress te verminderen. Mensen die veel sociale steun ervaren, ervaren minder negatieve impact van grote levensgebeurtenissen.
Stressvermindering in de praktijk
Naar de dokter gaan kan behoorlijk stressvol zijn voor mensen met chronische stress en/of beperkte gezondheidsvaardigheden. Verminder de stress voor je patiënten door:
- Een vriendelijke omgeving
Maak bewegwijzering zo eenvoudig mogelijk en zorg voor een verwelkomend interieur met bijvoorbeeld planten, (dag)licht, ventilatie en goede temperatuur regulatie. - Eenvoudige communicatie
Brieven aan patiënten zijn bij voorkeur geschreven op taalniveau A2/B1 (zoals thuisarts.nl), plan afspraken voor patiënten met lagere gezondheidsvaardigheden en/of een taalbarrière bij voorkeur op het hele uur.
Communiceer tijdens het consult met begrijpelijke woorden en maak gebruik van de terugvraagmethode.
Zingeving, sociale relaties, ontspanning en slaap
Voor een gezond leven zijn ook zingeving, sociale relaties, ontspanning en slaap van belang. Deze onderwerpen hebben een relatie met stress, maar kunnen ook onafhankelijk van stress een belangrijke invloed op de kwaliteit van leven uitoefenen.
Voor een gezond leven zijn ook zingeving, sociale relaties, ontspanning en slaap van belang. Deze onderwerpen hebben een relatie met stress, maar kunnen ook onafhankelijk van stress een belangrijke invloed op de kwaliteit van leven uitoefenen.
Deze onderwerpen vallen (vooralsnog) buiten de scope van de praktijkhandleiding.
Zingeving
In dit artikel van H&W kun je meer lezen over zingeving.
Eenzaamheid
Sociale relaties zijn een belangrijke voorspeller van gezondheid. Mensen met een veerkrachtig netwerk ervaren minder negatieve impact van levensgebeurtenissen. Mensen die zich eenzaam voelen hebben een grotere kans op diverse aandoeningen.
Lees meer over de gevolgen van eenzaamheid (VZinfo)
Slaapproblemen
Voor meer informatie over slaap: bekijk de NHG-Standaard Slaapproblemen.
Tools en meer verdieping
Meer tools
Praktische tools voor tijdens het gesprek over chronische stress, informatiebronnen en doorverwijsmogelijkheden.
Bibliotheek
Bekijk alle aanvullende leestips, achtergronden en brondocumenten voor dit hoofdstuk op de bibliotheekpagina.