De NHG-Richtlijnen website is ook als webapp beschikbaar.

Lees verder
NHG-Standaard

Fractuurpreventie

NHG-werkgroep
Bax W, Elders PJM, Ketel IJG, Maartens LWF, Oud M, van den Bergh J, van Brederode A, van den Broek HJG, Wiersma Tj
Naar Volledige tekst ›

Osteoporose

Naar Volledige tekst ›

Botontkalking waarbij de botmineraaldichtheid afneemt en de kans op fracturen toeneemt.

Secundaire osteoporose

Naar Volledige tekst ›

Osteoporose als gevolg van een ziekte, vitamine D-gebrek of medicatie die leidt tot afname van de botmineraaldichtheid.

Osteomalacie

Naar Volledige tekst ›

Vorm van secundaire osteoporose met als hoofdoorzaak een verminderde absorptie van calcium uit voedsel, ten gevolge van ernstig vitamine D-tekort. De resulterende secundaire hyper(para)thyreoïdie leidt tot verhoogde botombouw en botverlies.

Naar Volledige tekst ›

Schat het risico op fracturen in bij:

  • risicogroep 1: patiënten ≥ 50 jaar met een (wervel)fractuur < 2 jaar geleden
  • risicogroep 2: patiënten ≥ 40 jaar met ≥ 4 stootkuren per jaar of systemisch gebruik van glucocorticoïden ≥ 3 maanden
  • risicogroep 3: patiënten ≥ 60 jaar met vragen/risicofactoren voor een fractuur

Anamnese

Naar Volledige tekst ›

Inventariseer het fractuurrisico (zie ook  tabel h1):

  • heupfractuur bij 1 van de ouders
  • intoxicaties: roken en alcohol
  • medicatie (vooral langdurig gebruik van systemische glucocorticoïden)
  • aantal keren gevallen in het afgelopen jaar

Inventariseer het valrisico bij patiënten die het afgelopen jaar ≥ 2 keer gevallen zijn:

  • fracturen in de afgelopen 2 jaar
  • beperking van de mobiliteit
  • angst om te vallen
  • alcoholgebruik
  • valrisicoverhogende medicatie
  • somatische comorbiditeit (brilgebruik/verminderde visus, gehoorstoornissen, duizeligheid, voetproblemen (zoals neuropathie), urine-incontinentie, stemmingsstoornissen, cognitieve problemen

Lichamelijk onderzoek

Naar Volledige tekst ›
  • Beoordeel of er aanwijzingen zijn voor wervelfracturen.
  • Bepaal de BMI.
  • Beoordeel de mobiliteit bij verhoogd valrisico (bij twijfel: overweeg of verwijs voor een mobiliteitstest, zie  Consultatie en verwijzing).

Aanvullend onderzoek

Naar Volledige tekst ›

Voer een botdichtheidsmeting en beeldvormend onderzoek van de wervelkolom (DXA/VFA) uit bij 3 risicogroepen (zie  Indicaties voor DXA en VFA).

  • Bij indicatie voor medicamenteuze fractuurpreventie: bepaal vitamine D, calcium, TSH, creatinine, eGFR.
  • Overweeg of overleg met de tweede lijn (zie  Consultatie en verwijzing) voor aanvullend laboratoriumonderzoek bij verdenking op secundaire osteoporose:
    • klachten passend bij hyper(para)thyreoïdie
    • vermoeden van een maligniteit
    • aanwezigheid van meerdere wervelfracturen
    • aanwijzingen voor hypogonadisme

Evaluatie

Naar Volledige tekst ›
  • Beoordeel de aanwezigheid van behandelbare risicofactoren bij verhoogd valrisico.
  • Bepaal of er een indicatie is voor medicamenteuze fractuurpreventie (zie  tabel h2).
  • Kijk apart naar behandelindicaties bij ≥ 4 stootkuren per jaar of ≥ 3 maanden gebruik van systemische glucocorticoïden (zie  tabel h3).
  • Als er sprake is van vitamine D < 30 nmol/l maak onderscheid tussen:
    • bij verlaagd calcium: verwijs naar internist voor verder onderzoek naar osteomalacie
    • bij klachten passend bij osteomalacie: overleg met internist
    • bij normaal calcium en geen klachten passend bij osteomalacie: geef eerst vitamine D3 800IE/dag gedurende 6 weken alvorens te starten met medicamenteuze fractuurpreventie.
Naar Volledige tekst ›